Wiskundig klopt er van deze stelling natuurlijk geen hout. Delen is namelijk delen. En vermenigvuldigen is daar het tegenovergestelde van. Voor wiskundigen is de stelling net zo iets als zeggen: zwart is wit. Gelukkig zijn we geen wiskundevereniging, maar een vereniging van vliegvissers en vliegbinders. Vliegvissers delen van alles en nog wat: hun vliegen, hun bindmateriaal en vooral hun kennis. Onderling, in bladen, verenigingen en op het wereldwijde web. Erikdenoorman.com en vliegvissenprikbordpagina.nl worden zeer druk bezocht en gevoed. Vooruit, nog een beetje wiskunde: als kennis bij één persoon zit en deze persoon deelt zijn kennis, dan zit diezelfde kennis ineens bij twee of meer personen. Het delen is dan vermenigvuldigen geworden.
Ditzelfde principe vindt plaats binnen The Leader. Het was een zaterdagochtend in de zomer van 2008 dat op initiatief van Francesco Gentilli een speciale tactiek over het vliegvissen op winde uit de doeken werd gedaan. De tactiek was eerst besproken in het clubblad en werd vervolgens aan de Lek op die zaterdagochtend in de praktijk gebracht. De tactiek bestond eruit om puur op zicht windes te verleiden. Ze trekken naar de kant om tussen de kribben te scharrelen naar voedsel of om zich te koesteren in de zon. Het water is (als er geen boten voorbij komen) zeer helder, zodat je de schuwe windes goed kunt zien. Punt is dan wel die schuwheid: jij ziet de windes, maar de windes zien jou ook. Het gaat er dus om heel voorzichtig de windes te benaderen en als je ze ziet een grote zwarte droge of traag zinkende vlieg te presenteren. Ik ben een druk mens en maak soms te weinig tijd vrij om te vissen. Na deze zaterdag waarop Francesco maar liefst twee prachtige windes ving (en ik niks), heb ik niets meer met deze vorm van visserij gedaan. Pas een paar zondagen gelden, toen een sociale verplichting uitviel en ik een paar uurtjes in mijn schoot geworpen kreeg, ben ik naar de Lek gereden en heb de tactiek uitgeprobeerd.
Vroeger ving ik door een nimfje binnen te strippen op goed geluk, wel windes van een centimeter of 30-35. Nu paste ik de zichttactiek toe. Best lastig want die windes gaan er bij het minste als een speer vandoor en dan sta je daar in het helder van de rivier te kijken hoe mooi je vlieg beweegt. Ook leuk, maar daarvoor doe ik het natuurlijk niet. De eerste winde die ik goed aanwierp en die er niet vandoor ging, ging voorzichtig naar mijn vlieg met forse staart. De winde nam de staart in zijn (of haar?) mond en spuugde deze direct weer uit. Ik zag het allemaal gebeuren, op nog geen 50 centimeter voor me, uit de kant. Prachtig! Alleen moest er natuurlijk een andere vlieg op zonder staart. Een ander zwart geval (een Patrick geloof ik). Stukkie lopen, kijken, lopen. Sluipen. Overal vis, allemaal schuw. Gelukkig waren er zoveel windes dat er ook eentje bij was die wat minder goed uitkeek. Hij (of zij...) zwom met nog twee andere, zag mijn vlieg, maakte zich los uit het kleine groepje en slorpte mijn vlieg zonder aarzelen naar binnen. Heffen, hangen. Je hoeft geen wiskundige te zijn om te begrijpen dat ik als een kind zo blij was met deze winde van 44 centimeter op mijn 3-tje. Eigenhandig gevangen met de tactiek die ik van een ander geleerd heb. Zo eenvoudig mooi is het allemaal.
Peter Post