- Details
- Geschreven door: Tim de Wit
- Categorie: Zout water
Door een combinatie van factoren (kinderen, werkdrukte, duim- en polsklachten) was het al weer even geleden dat ik een vliegenhengel in mijn handen had gehad.. normaalgesproken eind april een zeeforel-trip naar Denemarken maar dat genot is mij tot grote droefenis inmiddels al twee keer ontzegd. In plaats daarvan een midweekje geboekt aan het OVM in de bibio periode waarin ik het jaar daarvoor erg goede zaken had gedaan. Dit jaar zoals in een eerder artikel door Kees al beschreven was het erg taai; veel regen, een harde noorderwind van ruim 5-6 bft en in de verste verte geen bibio te bekennen. Met een bellyboat ben je echter op het OVM in het voordeel omdat je je gemakkelijker verplaatst zonder de vis te verjagen (peddelen met zo'n harde wind is overigens geen pretje) en op plekken kunt komen waar minder wordt gevist of waar je qua wind beter uit de voeten kunt. Gewapend met een dieptevinder om de taluds en ondieptes te kunnen opsporen is het gelukkig nog wel gelukt een aantal mooie vissen te vangen; meeste zelfs droog (!) ondanks het ruige water.
Daarna weer een hele poos niet gevist, maar begin juli eindelijk een weekje welverdiende vakantie met de familie naar zeeland, vlakbij Zoutelande en dan gaat uiteraard de vliegenhengel mee! Dat had mijn echtgenote toch maar weer goed geregeld
Ook deze week kenmerkte zich helaas door relatief prutweer en enkele dagen met (te) harde wind maar gelukkig lukte het toch nog om een paar avonden te vissen voordat ik werd ingehaald door het getij en de harde wind. Op mijn eerste vakantiedag had ik overdag op het strand van Zoutelande al de vele palenrijen gezien; relatief kort en ze zagen er op één of andere manier niet zo "vissig" uit.. Westkapelle was echter veelbelovender; mooie lange palenrijen en diep water vlak bij de kust. Er was op google maps zelfs een mooie krib zichtbaar die bij laag water wel eens toegankelijk zou kunnen zijn!
Op de bonnefooi na kinderbedjestijd daar naartoe en helaas stonden er al 3 kunstaasvissers aan het eind van de pier. Op gepaste afstand ben ik gestart met vissen en het viel al meteen op dat er flink wat leven in de brouwerij was. Overal sprongen kleine visjes en kolkte het water van de vis (uiteraard alleen waar de andere vissers stonden). Ondanks verwoede pogingen met allerlei soorten verzwaard en onverzwaard kunstaas hadden de vissers geen succes. Korte tijd later nadat er al 2 waren afgedropen uit pure frustratie zag ik mijn kans schoon en vroeg toestemming aan de overgebleven visser om naast hem te staan. Met mijn vertrouwde setup (#8 1.5ips glaslijn, 2-3m 0.40" fluorocarbon leader en verzwaard craftfur garnaaltje op een SC15 #1/0) was het meteen al bij de eerste worp raak! Een sterke moddervette zeebaars van tegen de 40cm. Al snel volgden er meer vergelijkbare vissen en zodra de schemer inviel ook nog eens een mooi aantal horsmakrelen (jammer genoeg geen "normale" makrelen). Allemaal geen monster vissen maar erg leuk tijdverdrijf!
Last minute uiteraard nog even Westkapelle aan m’n app toegevoegd…
Iedere dag schuift het getij zo'n 30-40 minuten naar achteren, wat ervoor zorgde dat de pier steeds later toegankelijk werd (vanaf grofweg 110-120 onder NAP) maar de dagen erop waren de omstandigheden gelukkig nog gunstig genoeg om deze sessie in de herhaling te gooien. Het eerste uur was dan even "overleven" met vissers en hordes dagjesmensen die blijkbaar nog nooit een vliegvisser hadden gezien en recht achter je gingen staan maar zodra het donker werd en de pier onder water dreigde te gaan lopen trad de rust weer in. De 2e en 3e dag namen de vangsten nog verder toe, zelfs tot in de dikke dubbele cijfers! Tot verwondering van collega vissers met shads/twisters/pluggen/etc waarbij het maar niet lukte. Sleutel tot mijn succes was waarschijnlijk het heel rustig (en onregelmatig!) binnen vissen, wat met kunstaas lastiger is. Dat is ook precies de reden dat ik zo'n voorstander ben van intermediate (glas)lijnen en als het even kan geen zware zinklijnen waarbij je als een jekko moet binnenstrippen omdat je anders je streamer of met nog meer pech zelfs je hele lijn aan de vlijmscherpe oesters en stenen verliest.
De rest van de vakantie was het over met de vispret maar ik heb de smaak weer goed te pakken. Ik kan niet wachten om de Europoort weer onveilig te gaan maken binnenkort!
- Details
- Geschreven door: Kees van der Hulst
- Categorie: Reservoirs
En ik het O.V.M. maar aanprijzen dit voorjaar, mannen, dat moeten we echt een paar keer gaan doen met de club! Vissen op dat prachtige brakwatermeer ten zuiden van de Maasvlakte!
Hoe kon ik weten dat het koude voorjaar roet in het eten zou gooien en de fameuze Bibio Marci zich niet liet zien. Behalve op Moederdag, maar toen kon ik niet weg. Tot mijn grote spijt. Enkele weken eerder liepen de temperaturen op tot 25 graden en vertoonde de vis zich in de oppervlakte maar we konden ze niet verleiden tot een aanbeet. Vanaf half April moet het eigenlijk los gaan, maar helaas.
Ook in de daarop volgende weken kon ik maar 2 vissen vangen, af en toe vissend met Marcel Brandhorst die ook niet buitensporig ving, taai, taai, taai!
In 1950 werd de Oude Maas, die rivierwater van de Maas en Waal afvoert naar zee, met de Brielse Maasdam bij Oostvoorne afgedamd zodat ten oosten hiervan een zoetwaterbekken ontstond, het Brielse Meer. Ten westen van de dam lag het Brielse Gat, dan nog volledig zout.
Met het besluit tot aanleg van de 2e Maasvlakte werd ook het Brielse Gat in 1966 afgesloten en ontstond het Oostvoornse Meer. Men maakte er een zandwinput van voor de aanleg van de 2e Maasvlakte. Plaatselijk is het zoute meer dan ook 40 meter diep! Met de afsluiting van het Brielse Gat werden alle zoutwaterbewoners van het meer afgesloten van de zee; nog altijd leven er in het inmiddels brakke water: haring-schol en bot-puitaal-brakwatergrondels- 3-doornige stekelbaarsjes- tarbot-paling – donderpad, en door uitzetting inmiddels ook zwartbekgrondels en forel.
De zwartbekgrondels kwamen mee met de zoutwaterinlaat die is aangelegd om dat het meer al te zeer verzoete, waardoor zelfs blauwalg er voet aan de grond kreeg maar vooral de overtollige plantengroei in de zomer voor stank zorgde.
Het vóórkomen van grote aantallen stekelbaarsjes en brakwatergrondels was aanleiding voor Sportvisserij Zuidwest- Nederland om, samen met het VNV, over te gaan tot het uitzetten van regenboogforellen die vooral in de beginjaren uitbundig groeiden en het Oostvoornse Meer een reputatie bezorgde tot ver buiten onze landgrenzen (dit samen met het Veerse Meer!)
Door de toenemende verzoeting gingen de vissportmogelijkheden helaas weer achteruit, mogelijk ook door de stroperij. Door de aanleg van een zoutwaterinlaat vanuit het Beerkanaal, uitkomend bij het Strandpaviljoen Stormvogel, werd vervolgens het zoutgehalte weer opgekrikt en ging men over tot het uitzetten van bruine forel, saibling en meerforel-hybriden. De bruine forellen vormden lange tijd het leeuwendeel van de vangsten en ze groeiden voorspoedig. Inmiddels worden ook weer regenboogforellen uitgezet.
Op het Oostvoornse Meer mag gevist worden met kunstaas en één enkele, weerhaakloze haak. Gemotoriseerd verkeer op het meer is niet toegestaan, wel zijn de kajakkers en bellyboaters in het voordeel tov de vliegvisjongens vanaf de oever of de blokkendammen. Bevindt de vis zich echter in de binnenbakken, soms op slechts 25 cm water vlak onder de oever, dan is het vliegenlatje het aangewezen vistuig.
Het meenemen van vis en nachtvissen is niet toegestaan.
Tim de Wit met een regenboogforel van het OVM
- Details
- Geschreven door: Kees van der Hulst
- Categorie: Polder
Vandaag draait de wind naar het oosten, er komt ernstige vorst en de Elfstedenkoorts flakkert op.
Maar wij, Henk en Kees , hebben nog een missie te voltooien. Of eigenlijk Henk, want hij vond die hele grote snoek als eerste. Henk is wel wat gewend, maar deze snoek bleef spoken in zijn dromen, dus eropuit! De winterjas tot boven aan toe dicht en gaan. Aan het einde van de dag joeg de kou ons pas weer huiswaarts.
We bevissen een restant van de Kromme Rijn, nader wil ik niet duiden....... want ik houd Henk graag te vriend, en bij de nadering van de sloot vliegt er een ijsvogel op. Die gaat het de komende week nog moeilijk krijgen.
Maar ik vind het een hoopvol signaal. Henk's streamer gaat als eerste te water, voor de duiker waar je hoop op gevestigd is. Ik loop 20 meter door naar de T-splitsing, maak een paar worpjes om mijn streamer van zijn watervrees te verlossen en plaats de eerste serieuze worp midden voor de splitsing. En direkt BOEM! Een hartverzakking krijg je van dat soort aanbeten, je hoort net niet het dichtklappen van die kaken te midden van een grote kolk, maar kabaal maakt ie!
Een serieuze vis! Een metervis? Het gaat er wel op lijken als de snoek langs de bodem zwemmend voorlangs kruist, mijn splitcane krom tot boven de greep. Maar het is niet die van Henk zijn dromen, dat is wel duidelijk.
Na enkele minuten ligt de 89 cm lange vis in het net, ze zijn helaas snel uitgepraat. Een zalm van die lengte kan je 3 kwartier bezighouden! Na de fotosessie gaat de vis retour en volgt de volgende worp midden voor de splitsing, want waar er één ligt, liggen er meer...toch?
Helaas niet, dus ik vis door naar links, Henk is me al gepasseerd, en prompt heb ik de snoek die ik net terug heb gezet wéér aan de lijn. Deze keer is het net niet nodig want de haak los ik terwijl de vis rustig langs de kant ligt, zo heb ik het graag bij de kleinere exemplaren. En deze staat al op de foto.
We vissen door, op zoek naar die grote van Henk, hij lost nog een snoek, maar die grote vinden we weer niet! Dus het zelfde stuk water nogmaals bevissen op de weg terug naar de auto. Nu vang ik de 75 cm snoek die Henk zo-even loste en even later staat Henk bij de T-splitsing, want waar er één ligt, liggen er meer....toch?
En jawel, voor de derde keer grijpt de 89 cm snoek een streamer, hij lust er wel pap van. Snap je zo'n vis nou?
Inmiddels blaast er een gemene, koude oostenwind, voor ons vissers gaat Nederland nu helemaal op slot. De komende week is schaatsplezier, sneeuw, code rood voor het hele land etc..
Maar zodra het ijs weer weg is, is de snoek weer hongerig, en we hebben nog een missie te voltooien.
We zijn nog een keer terug geweest maar die echt grote jongen hebben we niet meer gevonden, helaas.
- Details
- Geschreven door: Kees van der Hulst
- Categorie: Polder
Ergens in het midden van ons landje, in de omgeving van een dorpje met de mooie naam Houten, liggen 2 bijzondere slootjes. Van elkaar gescheiden door een wandelpad liggen ze vredig tussen de weilanden en de boomgaarden.
Zomers zijn ze heerlijk dichtgegroeid met de zo noodzakelijke waterplanten, niet bevisbaar, en voorzien van een ruim bestand aan kleine witvis. Na de najaars-schouw, voltrekt zich een bijzonder fenomeen.
Afhankelijk van de overwegend westelijke windrichting wordt al het speldaas naar de uiteinden van beide sloten gedreven, en heel veel grote rovers reizen mee naar wat hun winterkwartier is; de voorraadkast is gevuld!
Henk wilde deze dag naar het Twiske, maar ik voelde een aandrang om deze slootjes weer eens met een bezoek te vereren. Met mijn neef Simon had ik hier al eerder mooie snoeken gevonden, en eens joeg een roofblei onophoudelijk door het speldaas heen.
Deze dag stond er een pittig windje maar die hadden we de hele visdag in de rug, dat werpt heerlijk met een streamerhengel. Henk had een angstig roze streamer aan zijn lijn hangen, veel glitter! Mijn keuze was een standaard voor mij: geel-oranje-zwart.
De aanzet van de visdag begon met een sloot die over 50 meter langs een houtwal loopt, overkant sloot, altijd goed voor een vis, maar Henk's roze gevaar werd genegeerd (hij mag altijd voorop). Maar de eerste snoek van de dag viel wel voor een geel-oranje-zwarte. Niet de kanjer waar ik op hoopte (die van vorig jaar) maar de kop was eraf, er was vis op de kant.
Of maakt de eerste snoeker ze toch wakker zodat de tweede.........
De rest van die sloot levert merkwaardig genoeg nooit vis op tot we bij de T-splitsing komen met de beide in dit verhaal besproken slootjes. Een hoopgevende duiker onder het wandelpad door ziet er aantrekkelijk uit maar produceert zelden.
Henk beviste de rechter sloot, de beste van de twee, ik nam de andere. Met de wind in de rug visten we verder. Ik beloofde Henk dat we waarschijnlijk pas aan het einde van de sloten echt vis zouden vinden, maar zijn sloot levert regelmatig al eerder snoek op. Dat klopte want achter zijn rug joeg een snoek die zijn streamer had laten passeren, maar die ook de mijne niet wilde hebben.
25 meter vóór het einde van de sloten kreeg ik mijn eerste aanbeet, een korte tik en een grote kolk, een modderwolk bij de oever. Een goede vis maar deze had de haak gevoeld en wilde geen tweede keer komen. Even verder op was de oppervlakte van mijn sloot met ingewaaide bladeren bedekt, lastig, maar mijn streamer liet ik rustig door het blad heen zakken waarna deze kon worden binnen gevist. Onder het wandelpad ligt een duiker, maar er is nog een tweede duikertje en deze ligt onder de weg door (nee, we noemen geen namen) gemarkeerd door een houten plank op palen. Een hotspot! Weet ik uit ervaring.
De plek liet zich moeizaam aanwerpen, een open plekje zoekend voor mijn streamer, maar met de tweede worp kwam ie!! Met een grote kolk en veel lawaai werd mijn kunstaas gegrepen door een hele beste! Diep blijvend vertrok de snoek uit de hoek en kruiste rustig voor ons langs, terug naar waar wij vandaan kwamen. Henk haalde een camera tevoorschijn op het moment dat de vis uit het water knalde, helaas staat ie net niet op film maar zijn acrobatiek ontlokte mij de woorden: die kan wel eens naar de meter gaan! Nou, hij haalde het net niet met 96 cm maar maakte het goed met zijn gewicht, moddervet was hij.
Na de foto ging hij retour. Het feit dat Henk geen aanbeten kreeg terwijl ik er al drie had gehad maakte me nieuwsgierig naar Henk's sloot, daar moest toch ook vis zitten.
Met de tweede worp hing hij al, een 75 cm vis!!! Henk riep onmiddellijk dat hij graag mijn streamer in ontvangst wilde nemen, als goede vismaat aarzelde ik natuurlijk geen moment. Ik monteerde een zwarte, met weinig vertrouwen om deze na enkele worpen te vervangen door een wit-gele.
Inmiddels viste Henk door in de hoek waar die grote uit kwam, ineens een hoop kabaal en een kromme hengel, samen met een brul van Henk. Ook deze vis bleef diep en kruiste weg uit de hoek. Na de landing en de foto ging een moddervette 85 cm lange snoek weer retour. Je gelooft het bijna niet! Zoveel mooie vis in zo'n klein hoekje (ik miste nóg een kleine snoek).
Nog verbouwereerd door zoveel succes zijn we teruggegaan naar de auto, maar ik wilde nog even kijken en vissen in een slootje met stromend water, vroeger viste ik daar graag op ruisvoorn maar ik kom er niet meer, witvis zat er nog wel, dus Henk en ik die streamers maar weer te water, hooguit 30 cm water!!! Hoorde ik weer zo'n brul achter me, ik kijk om en zie het water in heftige beroering maar de vis loste helaas. "Weer een tachtiger" riep Henk enthousiast. Niet te geloven, toch, een slootje van anderhalve meter breed en 30 cm diep!!
Het werd tijd om naar huis te gaan, streamers bouwen: geel- oranje- zwart!!!!
- Details
- Geschreven door: Kees van der Hulst
- Categorie: Wintervisserij
Elk jaar vist de Vliegvisclub The Leader wel een keer in Houten, mijn thuishaven, en elke keer hoop je dat de vangsten de pan uit rijzen. Soms zit het mee, vaak valt het tegen.........
In het verleden stond Houten bij de snoekvissers goed aangeschreven, zelf heb ik er mijn metersnoeken gevangen en gezien maar de laatste jaren is het veel minder. Ook de grote ruisvoorns zijn niet meer te vinden.
Om de leden van de club te stimuleren had ik een flesje whisky in het vooruitzicht gesteld voor de grootste snoek van de dag.
Helaas werd het weer zo'n typische Houtense snoekdag: Ze waren niet te vinden!
Rini wist er een te strikken, met de derde aanbeet was het prijs, een mooie vis voor hem.
Ik was pas later op de dag aangehaakt en begon mijn visdag voor en achter de duikers die in de vroegere Hoonwetering zijn geplaatst.
De snoekvissers uit het dorp Houten beschouwden de Hoonwetering vroeger als het snoekparadijs van Houten.
Van tijd tot tijd wil daar wel eens een vis voor liggen. Maar ze waren er niet.
Dan maar naar de sloot tussen de hockeyvelden, vaak zit daar een redelijk bestand aan ruisvoorn dus die snoek moet er ook te vinden zijn. Nou, mooi niet!
Dan maar naar de sloot achter de velden en de ondiepe plas die er naast ligt. De plas leverde niets op dus moest het naastliggende slootje het doen. 's Zomers vis ik hier wel eens op karper maar snoek had ik er nog nooit gevonden.
Gelukkig voor mij pakte het deze keer anders uit: met een mooie, luidruchtige aanbeet werd mijn streamer uit de oppervlakte gegrist en er diende zich een beste snoek aan.
Geen net bij me, verdorie. Dat werd een landing met de kieuwgreep. Op de knietjes!
Hoopvol zag ik dat lange lijf de kant op glijden: een metersnoek?
Het meetlint bleef echter steken bij 96 cm, een heel gevulde snoek met een dikke buik.
Flesje whisky voor mij, dacht ik tevreden, mijn beste snoek sinds jaren.
In een plasje water heb ik de snoek onthaakt en gefotografeerd, en netjes weer terug gezet.
Uren vissen voor één enkele aanbeet, maar beter kon het niet!